Gepubliceerd op 1 maart 2022

Geboren in 1907 als zoon van een tuindersgezin in de toenmalige Sloterpolder bezocht Ben Sol de lagere school in de Kanaalstraat. Eenmaal als 12-jarige van school, ging hij in de tuinderij van zijn vader aan het werk. Dat beviel hem helemaal niet, zodat hij een jaar later besloot om onderwijzer te worden. Hoe dat vanaf 1920 toen verder ging? In ieder geval totaal anders dan nu...

In zijn 98 pagina's tellende boek is het allemaal uitgebreid te lezen. Op 1 maart 1996 gaf Ben Sol zijn boek uit: '60 jaar in een klaslokaal'. Daarin kijkt hij terug op zijn leven en dan met name op zijn onderwijsloopbaan. Het boek is inmiddels helemaal uitverkocht, maar met toestemming van de familie publiceren we het nu volledig op deze website.

Met zijn beeldende schrijfstijl neemt Ben Sol je mee in het dagelijkse leven van de Sloterpolder, de Overtoombuurt, delen van Amsterdam en het dorp Sloten. Je maakt dan tevens kennis met het onderwijs- en schoolgebeuren van begin vorige eeuw, zoals de beslist niet gemakkelijke weg van de opleiding tot onderwijzer en de omstandigheden in de scholen tijdens de oorlog in het dorp Sloten. Met zijn bekende humor doet hij verslag van tal van gebeurtenissen die de lezer versteld doen staan over de mores en sores van toen. 

In 1927 krijgt Ben zijn eerste aanstelling in de Staatsliedenbuurt. Daarna volgen voor kortere of langere tijd vijf openbare scholen in verschillende Amsterdamse stadswijken. In 1930 belandt hij als onderwijzer in Sloten. Vanaf 1944 wordt hij daar hoofd van de VGLO-school. In 1974 gaat Sol met pensioen. Met één jaar er tussenuit tussen zijn 12e en 13e waarin hij op de tuinderij van zijn vader de cruciale beslissing voor zijn toekomst neemt klopt de titel van zijn boek dan ook exact tot op het jaar: '60 jaar in een klaslokaal'.

Een overzicht van de inhoud: 

Pag. 3-8 (1672-1907) over zijn voorouders: tuinders bij de Boerenwetering, de Overtoombuurt en in de Sloterpolder.

Pag. 9-27 (1907-1920) over zijn kinderjaren op de tuinderij in de Sloterpolder en op zijn school in de Kanaalstraat. 

Pag. 28-37 (1920-1927) over zijn opleiding tot onderwijzer en als kwekeling op lagere scholen in Amsterdam.

Pag. 38-54 (1927-1930) over zijn eerste betrekkingen op tal van Amsterdamse scholen in zijn eerste 3 onderwijsjaren.

Pag. 55-96 (1930-1974) over zijn onderwijsperiode in Sloten. Vanaf 1944 als hoofd van de v.g.l.o.-school die in 1968 werd opgeheven waarna hij gymles gaf op de lagere school tot zijn pensionering in 1974.

Verspreid tussen de letterlijke weergave van de tekst van het boek zijn de meest kenmerkende boekpassages van de auteur nog eens apart en vergroot in blauw vermeld.

De foto op het boekomslag toont de plek waar Ben Sol 44 van zijn 47 onderwijsjaren heeft gewerkt. Bij zijn geboorte in 1907 zag deze plek er zó uit: de banpaal uit 1794 met de kerk uit 1901. Daar tussenin kwam na afbraak van de boerderij in 1914 de St. Jozefschool en in 1955 de St. Willibrordusschool waar hij resp. als onderwijzer en schoolhoofd werkzaam was.


Ik moet als baby een zwak poppetje geweest zijn. Zo zelfs dat de baker zei: "Moedertje, dit wordt geen blijvertje."

Aan de hand van mijn broer stapte ik door de straten van Amsterdam. Trots op 't nieuwe leven dat ik in een schoollokaal tegemoet ging, niet beseffend dat ik daar 60 jaar zou doorbrengen.

Toen er eens een nieuwe jongen op school kwam was er geen lei meer. De meester nam een lei zonder lijst, brak hem in tweeën en gaf ieder een helft.

Vele leerlingen uit de polder gingen dan ook vroegtijdig van school af. Typerend is, dat ik in de zesde klas de enige jongen uit de polder was.

Op het laatste bruggetje bij het Surinameplein kwam een groot hek te staan met een slot, want je kon toch niet iedereen zomaar door je tuin laten lopen.

In 't vijfde leerjaar kwam ik op het idee om missionaris te worden. Toen ik echter tot de ontdekking kwam dat je dan niet mocht trouwen, was de aardigheid er van af.

"En, Sol", vroeg Meester Erkelens, "wat word jij als je van school af bent?" "Tuinder, meester". Het verachtelijke gezicht dat hij toen zette zal ik nooit vergeten.

Zo kwam ik dus in het tuindersbedrijf van mijn vader terecht. Daar zat ik nu ondanks mijn vroegere dagdromen, op een soort eilandje, een beetje in de aarde te wroeten.

Eens las ik in de krant in 1920 dat minister De Visser met een wetsvoorstel zou komen voor een nieuwe onderwijswet. Daarin werd ook een nieuwe salarisschaal voorgesteld. Het was de hoogte van deze salarissen die mijn aandacht trok. Ineens was het plan geboren! Ik zou onderwijzer worden.

"Meester Sol, nu moet je volgende week maar eens een lange broek aantrekken, dan kan je meester Kaart van de gecombineerde 3e en 4e klas assisteren."

Ik was en ben van mening dat een schoolmeester die trouw naar zijn klas gaat en de kindertjes les geeft, wel erg veel buiten de maatschappij komt te staan.

Ik kreeg een betrekking in de derde klas van een school in de Staatsliedenbuurt. Het viel mij zwaar tegen!

Geef mij maar de Dapperbuurt, de Staatsliedenbuurt kon mij gestolen worden.

Ik heb ervaren dat wanneer je correctheid eist in kleine dingen je minder problemen hebt met de grote.

"U populariseert het geschiedenisonderwijs ten koste van de historische juistheid!"

"U bent die onderwijzer die liever bij het openbaar dan bij 't bijzonder onderwijs werkt".

Ik begon meteen de puntjes op de i te zetten.  Zo nu en dan liep ik eens door de klas en liet elk propje papier dat op de grond lag oprapen en in de prullenmand werpen.

In de vierde klas stond een jonge onderwijzer, een kunstenaar in de muziek, zodanig dat hij wel eens in hoger sferen leefde.

"Ik heb in uw klas een paar meisjes gezien met te korte mouwtjes. Wilt u daar wat van zeggen!"

Het personeel was altijd op zijn hoede voor zo'n bezoek  van de inspecteur. Zodra de man gesignaleerd was, ging er een geheimzinnig briefje van lokaal naar lokaal.

"Het is oorlog", riep ik tegen mijn vrouw, en viel flauw.

In mijn later leven heb ik 's nachts nog vele malen gedroomd dat ik examen moest doen voor de Hoofdakte. Het waren geen prettige dromen!

"De nieuwe school zal heten St. Willibrordusschool. Het bestuur heeft besloten je tot Hoofd te benoemen". Zo was er een eind gekomen aan een periode van 16 jaar onderwijs aan een lagere school.

Zo werd ik dan per 1 april 1944 Hoofd van de V.G.L.O.-school St. Willibrordus. Ik was nu geen meester meer maar een meneer.

"Nu willen jullie zeker weten wat die vreemde meneer hier komt doen. Nou, dat is heel simpel: ik wil jullie juffrouw meenemen."

"Meneer Sol, houd nou in Godsnaam even uw mond. Ik kan me helemaal niet concentreren".

De bouw van de St. Willibrordus VGLO-school in 1955-56

 

In de rij voor de ingang van de school in 1955

 

Hospitanten... opvallend vond ik vaak het gebrek aan kennis van de vakken waarin zij onderwijs moesten geven.

Toen de opheffing nabij kwam, vroeg een van mijn meisjesleerlingen, die met mij mee leefde: "Meneer Sol, wat gaat u dan doen?"

Men zegt wel eens dat schoolmeester een moeilijk vak is. Voor mij is het 't mooiste beroep dat bestaat.


Tot zover de letterlijke weergave van de inhoud van het boek van Ben Sol '60 jaar in een klaslokaal'.

Zelf heb ik Ben Sol 3 jaar als collega mee mogen maken. Zijn laatste drie onderwijsjaren vielen samen met mijn eerste drie onderwijsjaren. In juni 1974 namen we afscheid van hem. Dat viel samen met het 60-jarig bestaan van de school, zodat het als een dubbelfeest werd gevierd.  

Theo Durenkamp

 

Ben Sol tijdens zijn afscheid op 23 juni 1974 te midden van zijn (oud-)collega's. V.l.n.r.: Bets Kramer (oud-leerkracht), Jo Smit (handwerken), Joop Weegenhuise (oud-leerkracht), Ben Sol en echtgenote, Gerard Nijman (hoofd) en echtgenote, Theo Durenkamp (leerkracht klas 4+5), Lies Visser (leerkracht klas 1), Tieke Waagemans (leerkracht klas 2+3).

 

Nóg een boek van Ben Sol

Ook in 1988 liet Ben Sol al een boek van zijn hand verschijnen: 'De Amsterdamse tuinders'. Het verhaalt de geschiedenis van de tuinders in het uitgestrekte tuinbouwgebied ten zuiden en westen van de stad vanaf ca. 1880. Het boek van 108 pagina's eindigt met het vertrek in 1988 van de laatste tuinders in het Tuinbouwgebied aan de Louwesweg die, net als al hun voorgaande generaties, plaats moesten maken voor de zoveelste stadsuitbreiding.

Ook dit inmiddels uitverkochte boek zal t.z.t. integraal op deze website worden gepubliceerd. Uit dit boek alvast één citaat van de schrijver dat helemaal aansluit bij zijn levensloop in het andere boek, '60 jaar in een klaslokaal':

"Na 1,5 jaar arbeid in de tuin had ik het wel gezien. Ik had een artikel in de krant gelezen en besloot toen onderwijzer te worden. Dit was in de Sloterpolder nog nooit vertoond. Er waren wel eens jongens naar een Missiehuis gegaan om broeder of pater te worden, maar een jongen die verder wilde leren en dan nog wel voor schoolmeester, was nog nimmer voorgekomen."

 

Maandblad 'Ons Amsterdam' wijdde in februari 2017 een artikel aan het boek '60 jaar in een klaslokaal' van Ben Sol, lees het op https://onsamsterdam.nl/ben-sol

of bekijk hieronder beide pagina's uit 'Ons Amsterdam' (klikken voor een vergroting).